Oogspier

Een stuk van een oogspier is zichtbaar bij deze operatie.
De oogspieren bij de mens
1. Anulus tendineus communis
2. M. rectus superior
3. M. rectus inferior
4. M. rectus medialis
5. M. rectus lateralis
6. M. obliquus superior
7. Trochlea
8. M. obliquus inferior
9. M. levator palpebrae superioris
10. Bovenste ooglid
11. Oogbol
12. N. opticus

De oogspieren zorgen onder meer voor de beweeglijkheid van de oogbol.

Uitwendige oogspieren

  • De vier rechte oogspieren vormen met hun aanhechtingspezen een trechtervormige ring om de canalis opticus, anulus tendineus communis.
    • Musculus rectus superior of bovenste rechte oogspier:
      • 1. Heft de oogbol (elevatie)
      • 2. Roteert de oogbol licht naar binnen (intorsie)
      • 3. Trekt de oogbol licht naar binnen (adductie)
    • Musculus rectus inferior of onderste rechte oogspier:
      • 1. Verlaagt de oogbol (depressie)
      • 2. Roteert de oogbol licht naar buiten (extorsie)
      • 3. Trekt de oogbol licht naar binnen (adductie)
    • Musculus rectus medialis of binnenste rechte oogspier:
      • 1. Trekt de oogbol naar binnen (adductie)
    • Musculus rectus lateralis of buitenste rechte oogspier:
      • 1. Trekt de oogbol naar buiten (abductie)
  • De twee schuine oogspieren zijn de volgende:
    • Musculus obliquus superior, bovenste schuine oogspier of katrolspier:
      • 1. Roteert de oogbol naar binnen (intorsie)
      • 2. Verlaagt de oogbol licht (depressie)
      • 3. Trekt de oogbol licht naar buiten (abductie)
    • Musculus obliquus inferior of onderste schuine oogspier:
      • 1. Roteert de oogbol naar buiten (extorsie)
      • 2. Heft de oogbol licht (elevatie)
      • 3. Trekt de oogbol licht naar buiten (abductie)
  • De musculus levator palpebrae superioris ten slotte wordt ook tot de oogspieren gerekend. Ze zorgt voor de elevatie en retractie van het bovenste ooglid.

Bij de functie van de schuine oogspieren moet worden opgemerkt dat deze vooral voor depressie of elevatie zorgen wanneer het oog zich in abductie bevindt. Deze spieren verzorgen in dit geval dan ook het merendeel van spierkracht die benodigd is voor deze acties. In adductiestand geldt het omgekeerde: hierbij spelen juist de m. rectus superior en de inferior een belangrijkere rol.

Benoeming van de oogbewegingen

Bij oogheelkundig onderzoek worden de beweging van de oogspieren in drie groepen onderverdeeld naar binoculaire samenwerking[1]:

  1. De ducties zijn de monoculaire oogbewegingen Voor horizontale bewegingen zijn dit adductie en abductie, voor verticale bewegingen elevatie en depressie en voor rotatoire oogbewegingen intorsie en extorsie.
  2. De versies zijn de gezamenlijke oogbewegingen waarbij de ogen gelijktijdig in dezelfde richting bewegen, ook wel binoculaire, simultane of geconjugeerde oogbewegingen genoemd. Deze bestaan uit naar links kijken (levoversie), naar rechts kijken (dextroversie), naar boven kijken (elevatie) en naar beneden kijken (depressie).
  3. De vergenties zijn de gezamenlijke oogbewegingen waarbij de ogen tegelijkertijd in tegengestelde richting bewegen, ook wel een gedisconjugeerde oogbeweging genoemd. Deze bestaan uit convergentie (de ogen draaien naar de neus toe, oog wel adductie genoemd) en divergentie (de ogen bewegen van de neus af, ook wel abductie genoemd).

Inwendige oogspieren

Innervatie

hoofdzenuw spier
nervus oculomotorius
(N. III)
musculus rectus superior
musculus rectus inferior
musculus rectus medialis
musculus obliquus inferior
musculus retractor bulbi
musculus levator palpebrae superioris
nervus trochlearis
(N. IV)
musculus obliquus superior
nervus abducens
(N. VI)
musculus rectus lateralis
musculus retractor bulbi

Referenties

  1. Oogspieren en oogbewegingen, blikrichting, kijken links/rechts - Oogartsen.nl. www.oogartsen.nl. Geraadpleegd op 14 april 2020.
· · Sjabloon bewerken
Spieren van het hoofd
Schedeldakspieren:occipitofrontalis · temporoparietalis
Spieren van ooglid:orbicularis oculi · corrugator supercilii · depressor supercilii
Neusspieren:procerus · nasalis · depressor septi nasi · dilatator naris posterior · -anterior · levator labii superioris alaeque nasi
Mondspieren:levator labii superioris · levator anguli oris · zygomaticus major · -minor · mentalis · depressor labii inferioris · depressor anguli oris · transversus menti · buccinator · orbicularis oris · risorius
Kauwspieren:masseter · temporalis · pterygoideus lateralis · -medialis
Oogspieren:ooglid: levator palpebrae superioris · Musculus orbicularis oculi
oogpositie: rectus superior oculi · r. inferior oculi · r. medialis · r. lateralis · obliquus superior · o. inferior
accommodatie: ciliaris
pupil: dilatator pupillae · sphincter pupillae
Oorspieren:Musculi auriculares (anterior, superior, posterior) · stapedius · tensor tympani
Larynxspieren:cricothyreoideus · cricoarytaenoideus posterior · -lateralis · arytaenoideus · thyreoarytaenoideus
Tongspieren:genioglossus · hyoglossus · chondroglossus · styloglossus · longitudinalis superior linguae · -inferior linguae · transversus linguae · verticalis linguae
Verhemeltespieren:levator veli palatini · tensor veli palatini · uvulae · palatoglossus · palatopharyngicus
Farynxspieren:constrictor pharyngis inferior · -medius · -superior · stylopharyngicus · salpingopharyngicus